/ Turkije

De zevensprong

Na al het wandelen bij de Hittieten trokken we door naar dé toeristische topper van Oost-Turkije, Nemrut Daği. Een megalomaniak van een Romeinse koning heeft het 2000 jaar geleden in zijn hoofd gehaald om zijn graftombe bovenop een berg van 2100 meter te zetten. Om zeker begraven te liggen onder de hoogste berg van de omgeving, heeft hij er nog een artificiële top van 50 meter laten opzetten. Rond zijn graftombe liet hij standbeelden zetten van de goden - zodat hij zowel dichtbij de hemel als bij de goden kon zijn - en van hemzelf. De standbeelden zelf zijn dooreengehutseld door aardbevingen maar de stenen hoofden zijn goed bewaard en te bewonderen op die top. Het kostte ons 3 dagen en 7 sprongen om uiteindelijk in de uitvalsbasis te geraken, maar het was meer dan de moeite waard.

Eerst moesten we uit Boğazkale weg. Het was zondag en er was geen openbaar vervoer. Volgens de hoteleigenaar was een taxi de enigste optie, maar de gevraagde 70 TL (ongeveer 30-35 euro) ophoesten zou betekenen dat het dagbudget er voor één persoon al zou door zitten. Liften dus. Het duurde een half uurtje tot we een auto vonden die zowel ons áls onze rugzakken kon meenemen maar eenmaal dat euvel verholpen, sprongen we al vlug naar 'Rarara, in welke stad is deze foto genomen?', een foto die we namen bij één van de wel erg weinige attracties in het stadje (de toren op de achtergrond). We beslisten om van hieruit een nachtbus nemen tot in Urfa, dus moesten we hier nog een dagje doorbrengen.

Rarara, in welke stad is deze foto genomen?

Omdat we het stadje al vlug hadden gezien, settelden we ons in het lokale stadspark en speelden we een spelletje Kolonisten van Catan (Ruth: 1 - Kurt: 0) . Het stadje had er al vlug een toeristische attractie bij: wij waren op dat moment de toeristische attractie voor de op sommige momenten wel erg nieuwsgierige kinderen.

Onze tweede sprong, de rit met de nachtbus verliep ok en we arriveerden tegen 9 uur 's morgens in Urfa (Sanıurfa). Het zou een mooie stad zijn dus besloten we er de dag door te brengen en dan 's avonds door te reizen naar de eindbestemming. Een dolmuş op naar het centrum (sprong 3), beetje socializen met de mensen daar (thee met sloten drinken we hier), een kasteel beklimmen dat niet open blijkt te zijn, verdwalen in de bazaar en dan uiteindelijk onze vierde sprong met een dolmuş terug naar het grote busstation.

We nemen er een minibus rechtstreeks tot in Kâhta... denken we. Echter, deze vijfde sprong wordt plotseling onderbroken in Adıyaman waar we moeten overstappen op een andere bus naar Kâhta. Bij aankomst worden we prompt weer in een busje geduwd voor ons laatste en zevende sprongetje dat ons - free service - 200m verder tot bij ons 'hotel' brengt. Eindelijk zijn we waar we moeten zijn. Of toch bij het vertrekpunt, de uitvalsbasis naar Nemrut Daği.

Na al dat bussen hebben we een goede nachtrust verdiend. We kijken over de rommel die nog in de kamer ligt en de sporen van de vorige gast in de badkamer. We maken onszelf wijs dat het toch proper genoeg is en slapen uiteindelijk relatief goed in de hete kamer. De eigenaars willen ons nog om 23 uur 's avonds de ventilator komen afnemen maar die vlieger gaat niet op. Het enige stukje verkoeling is nu van ons voor 2 nachten...

De volgende dag komen we traag op gang maar de sunsettour naar Nemrut Daği begint pas om 13 uur, dus we hebben wel wat tijd om op krachten te komen. Het wordt uiteindelijk een prachtige tour, wij samen met een Londenaar, langs historische sites van de eerste eeuw voor christus toen er hier een allegaartje van Grieken en Perzen de plak zwaaiden. Het was dinsdag, dus weer zwemdag, en we koelden af in een riviertje achter de ruïnes van wat ooit een gigantisch kasteel moet zijn geweest. Geleidelijk aan passeren we achtereenvolgens de graftombe van de vrouw van de Romeinse koning Antiochus, een Romeinse brug over een machtige kloof, het kasteel van Antiochus, het zwemriviertje en uiteindelijk rijden we nog 20 km langs slingerende haarspeldbochten tot bij Nemrut Daği zelf.

De zon begint al wat te zakken en de stenen hoofden baden in een mooi licht. Prachtig verweerd kijken ze uit over de vallei die de Eufraat heeft uitgeschrapen. De rivier is door de Turken afgedamd en gigantische meren van tientallen vierkante kilometers vullen de valleien. Om een nog vruchtbaardere vallei en voldoende water te hebben zijn helaas ook hele dorpen onder water gezet en vele archeologische rijkdommen verdwenen. Dat de Turken met hun reusachtige afdammingen hierdoor de toorn van Irak en Syrië over zich heen krijgen nemen ze er blijkbaar graag(?) bij.

Heel wat mensen zijn naar de top afgezakt om de zonsondergang mee te maken. Iedereen nestelt zich uiteindelijk op een rotsblok om te genieten van de omgeving. Bijna 360 graden zicht over de bergen en valleien van deze streek. Die koning Antiochus wist zijn berg wel te kiezen... schitterend. Het staat zeker in onze top 3 van mooiste zichten (tot nu toe). Voor wie het nog niet gesnapt heeft: fenomenaal machtig.

Nog een proficiat aan Patrick, we beeldden inderdaad de hittieten uit en niet Kurt op zoek naar wit-rood ...

De zevensprong
Share this